Skip to main content

Recente conflicten tonen een drastische opmars aan van het inzetten van gewapende drones en autonome wapensystemen in conflictgebieden.

Allereerst zijn Drones, UAV (unmanned aerial vehicles), UAS (unmanned aircraft systems) veel omvattende benamingen voor systemen met verschillende toepassingen en niveaus van autonomie voor lange en korte afstanden.

Je vindt drones in alle maten en soorten, van kleine hobby drones in speelgoedwinkels tot militaire toestellen ter grootte van een klein passagiersvliegtuig. Drones zijn inzetbaar voor verschillende doeleinde, Je kunt ze gebruiken om droogte te meten, maar ook voor grensbewaking en oorlogsvoering. Over dat laatste horen we steeds vaker nieuwsberichten over het gebruik van militaire drones in conflict gebieden, maar waarom zijn ze zo populair en zijn wij klaar voor deze gamechanger op gebied van oorlogsvoering?

Opmars van de drones

Nadat op 27 februari 2020 minstens 33 Turkse militairen omkwamen tijdens een luchtaanval in Syrië, beantwoorde Turkije met de ontplooiing van drones. Volgens Turks Defensie minister Hulusi Akar werden in een paar dagen tijd 2,557 Syrische soldaten, twee drones, acht helikopters, 135 tanks, twee straaljagers, tientallen houwitsers en vijf luchtafweersystemen uitgeschakeld. Het grootste deel van deze aanvallen werden uitgevoerd door Turkse drones. In datzelfde jaar voorkwamen Turkse drones in opdracht van het Libische leger de opmars van Warlord Khalifah Haftar in Libië, en kwam de Iraanse Generaal Qassem Soleimani om bij een Amerikaanse droneaanval in Irak.

Enkele weken geleden werd in Ethiopië een vluchtelingenkamp in Tigray door een Turks tactische drone, Bayraktar TB2, getroffen waarbij 56 doden en 36 gewonden vielen waaronder kinderen. In het verleden waren het voornamelijk de VS en het VK die domineerde op de drone markt, maar het is duidelijk dat ook het Midden-Oosten een forse opmars kent met Turkije en Israël op kop. Hoewel de meeste landen met drone programma’s zich gebonden hebben aan overeenkomsten, zoals het MTCR (Missile Technology Control Regime) waarin onder meer export begrenzingen beschreven staat, zijn er alsnog landen die zich hier niet aan houden of zwijgen over de legaliteit van droneaanvallen.

Gamechanger op vlak van oorlogsvoering

De ingebruikname van onbemande systemen lijkt voor velen een gamechanger op gebeid van oorlogsvoering. Wereldwijd zijn Defensie analisten dan ook het debat over het gebruik van drones aan het voeren om een duidelijke visie over de rol van UAS (unmanned aircraft systems) in de toekomst vorm te geven. Zo onderzoeken zij onder meer de inzet van bewapende drones en de technologische ontwikkelingen van wapensystemen.

In een analyse door het gekende twitter account ‘Belgian Military Interest’ op een artikel van de Tijd “drones, het wilde westen van oorlogsvoering” worden onder meer kamikazedrones, of loitering ammunition, aangehaald die door grondtroepen kunnen worden ingezet om een nabij doelwit uit te schakelen. Deze en andere varianten hebben de mogelijkheid ingezet te worden als dronezwermen waarbij een groepering van kleine bewapende drones een aanval uitvoeren waartegen nagenoeg geen verdediging mogelijk is. Wel schrijft men in de analyse dat er al volop semiautonome systemen ontwikkeld worden die met klassiek afweergeschut, lasers, elektronische-of cyber-oorlogsvoering de zwermaanvallen zullen tegenhouden of ontregelen.

Dat het gebruik van drones efficiënt is tegenover luchtafweersystemen zoals Short-range Air Defense System (SHORADS), is gebleken nadat de Turkse drone aanval in 2020 een Russische Pantsir SHORAD en Buk-M1 SAM (medium-range Surface to Air Missile system) vernietigden. De investeringskosten in Defensie infrastructuur zou, door de technologische vooruitgang van onbemande systemen, een heel stuk lager kunnen worden voor landen met een kleiner defensiebudget of niet conventionele strijdmachten die zich geen moderne gevechtstoestellen en de daarvoor getrainde piloten kunnen veroorloven. Lettend op de schade die men kan aanrichten zou volgens sommigen de investering in tactische drones als de Bayraktar TB2 en Anka-S alsook loitering ammunition Harop, niet opwegen tegenover de aankoop van duurdere infrastructuur en wapensystemen.

Wat doet België?

Momenteel beschikt België enkel over verkenningstoestellen van het type B-Hunter(buiten gebruik sinds 2020), en enkele kleinere modellen RQ-11 Raven en RQ-20 Puma. Een stevige investering in een dronevloot, ter vervanging van de niet- operationele B-Hunter, werd vastgelegd in de herziening van de Strategische Visie 2030 door 10 aangestelde experten. Het zou hierbij gaan om de aankoop van 4 MALE (Medium Altitude Long Endurance) verkenningsdrones van het type MQ-9B SkyGuardian, een participatie in een NAVO-programma rond HALE (High Altitude Long Endurance) verkenningsdrones, een reeks STUAS (small tactical unmanned aircraft system) bestaande uit de RQ-11 Raven, RQ-20 Puma en RQ21 Integrator en een set minidrones onder het “Eyes in the Sky”-programma. Daarnaast adviseerden de tien experten nog voor de bewapening van de MQ-9B SkyGuardian.

Terwijl men in België al geruime tijd een debat tracht te voeren over het al dan niet bewapenen van drones, namen onze bondgenoten reeds de beslissing om onbemande toestellen te bewapenen en in te zetten. Ook loopt er een Europees ontwikkelingsprogramma voor een EU MALE RPAS (European Medium Altitude Long Endurance Remotely Piloted Aircraft System) waarvan de eerste vlucht in 2025 zou plaatsvinden. 

Gezien de progressieve technologische vooruitgang van externe dreigingen, en het grootste deel van de programma’s nog lopende en nog niet operationeel zijn, komt vanuit verscheidenen hoeken de vraag om de capaciteit en dronevloot uit te breiden om een antwoord te kunnen blijven bieden op de moderne uitdagingen. Alsook rijst de vraag op voor een verdere investering in de bescherming tegen drones met name C-UAS (Counter-Unmanned Aerial Systems) en het uitdiepen van de bestaande partnerschappen met andere landen.

Van uitstel komt afstel

Het is nu zeven maanden nadat de aanbevelingen betreffende de herziening van de strategische visie 2030 werden gepubliceerd. In opdracht van Defensieminister Ludovine Dedonder werden tien experten aangesteld om de visie van 2016 te herzien. Het lijkt me logisch dat men niet zonder grondig debat een beslissing kan nemen in zaken aankopen en toekomstige militaire inzet, maar het debat uitstellen over de mogelijke inzetscenario’s, met of zonder menselijke tussenkomst, en de evolutie in oorlogsvoering, lijkt me een gevaarlijke keuze lettend op de opmars in drone capaciteit en de alsmaar evoluerende wijze van oorlogsvoering.

Mocht men in de commissie Defensie even intensief debatteren over de innovatie van het Defensie infrastructuur als over de locatie waar de laatste C-130 zal tentoongesteld worden, zou België koploper zijn in zaken ‘modern warfare’. Het wordt dus stilaan tijd dat de herziening van de strategische visie daadwerkelijk verwezenlijkt wordt, en België net als haar bondgenoten beschikt over efficiënte offensieve en defensieve systemen die onze vitale-en strategische belangen kunnen beschermen.

Een vrije bijdrage van Nigel Chantrain aan De Liberale Wereld

Heb jij een suggestie voor een nieuwe opinie? Laat het ons weten!